Vertaling van brood hen
koesteren
broeden
I brood
you brood
we brood
ik koester
jij koestert
wij koesteren
» meer vervoegingen van koesteren
broedhen
klok
kloek
I brood
you brood
we brood
ik broed uit
jij broedt uit
wij broeden uit
» meer vervoegingen van uitbroeden
they brood
he/she/it will brood
they will brood
zij bebroeden
hij/zij/het zal bebroeden
zij zult bebroeden
» meer vervoegingen van bebroeden
zitten
I brood
you brood
we brood
ik loop rond
jij loopt rond
wij lopen rond
» meer vervoegingen van rondlopen
chagrijnen
mokken
I brood
you brood
we brood
ik boudeer
jij boudeert
wij bouderen
» meer vervoegingen van bouderen
I brood
you brood
we brood
ik schaduw
jij schaduwt
wij schaduwen
» meer vervoegingen van schaduwen
I brood
you brood
we brood
ik broed
jij broedt
wij broeden
» meer vervoegingen van broeden
I brood
you brood
we brood
ik dub
jij dubt
wij dubben
» meer vervoegingen van dubben