Vertaling van buckle
Inhoud:
Engels
Nederlands
to buckle, to fasten {ww.}
dichtgespen
vastgespen
gespen
vastgespen
gespen
I buckle
you buckle
we buckle
ik gesp dicht
jij gespt dicht
wij gespen dicht
» meer vervoegingen van dichtgespen
to buckle, to heave, to warp {ww.}
kromtrekken
they buckle
zij trekken krom
» meer vervoegingen van kromtrekken
to buckle, to heave, to warp {ww.}
scheeftrekken
I buckle
you buckle
we buckle
ik trek scheef
jij trekt scheef
wij trekken scheef
» meer vervoegingen van scheeftrekken
to buckle, to heave, to warp {ww.}
trekken
I buckle
you buckle
we buckle
ik trek
jij trekt
wij trekken
» meer vervoegingen van trekken
to buckle, to clasp {ww.}
vastgespen
gespen
gespen
I buckle
you buckle
we buckle
ik gesp vast
jij gespt vast
wij gespen vast
» meer vervoegingen van vastgespen
to buckle, to clasp {ww.}
vastklemmen
klemmen
klemmen
I buckle
you buckle
we buckle
ik klem vast
jij klemt vast
wij klemmen vast
» meer vervoegingen van vastklemmen
buckle, warp {zn.}
knak
knik
knik