Vertaling van build up

Inhoud:

Engels
Nederlands
to build {ww.}
ontwerpen
construeren

I build
you build
we build

ik ontwerp
jij ontwerpt
wij ontwerpen
» meer vervoegingen van ontwerpen

to build, to build from wood, to carpenter {ww.}
bouwen 
timmeren
opbouwen

I build
you build
we build

ik bouw
jij bouwt
wij bouwen
» meer vervoegingen van bouwen

His plan is to build a bridge over that river.
Zijn plan is, een brug over die rivier te bouwen.
Our company is planning to build a new chemical plant in Russia.
Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.
to build, to construct {ww.}
bouwen 
construeren
aanleggen 

I build
you build
we build

ik bouw
jij bouwt
wij bouwen
» meer vervoegingen van bouwen

Those birds build their nests in the summer and fly to the south in the winter.
Die vogels bouwen in de zomer hun nest en vliegen in de winter naar het zuiden.
to build, to mason {ww.}
metselen

I build
you build
we build

ik metsel
jij metselt
wij metselen
» meer vervoegingen van metselen

to put together, to build, to compose, to construct, to draught, to combine, to assemble {ww.}
ineenzetten
samenstellen 
bijeenvoegen

I build
you build
we build

ik zet ineen
jij zet ineen
wij zetten ineen
» meer vervoegingen van ineenzetten

to build, to build up, to progress, to work up {ww.}
doorzetten
verhevigen
to build, to build up, to progress, to work up {ww.}
opbouwen
to arm, to build up, to fortify, to gird {ww.}
fortificeren


Gerelateerd aan build up

build - build from wood - carpenter - construct - mason - put together - compose - draught - combine - assemble - progress - work up - arm - fortify - girdincrease - fort