Vertaling van call off

Inhoud:

Engels
Nederlands
to call, to summon {ww.}
roepen 

I call
you call
we call

ik roep
jij roept
wij roepen
» meer vervoegingen van roepen

to call, to designate, to dub, to label, to name, to term {ww.}
noemen 
uitmaken voor
benoemen 
heten

I call
you call
we call

ik noem
jij noemt
wij noemen
» meer vervoegingen van noemen

They call him Jim.
Ze noemen hem Jim.
People call him Dave.
Mensen noemen hem Dave.
to call {ww.}
opbellen 

I call
you call
we call

ik bel op
jij belt op
wij bellen op
» meer vervoegingen van opbellen

to cry out, to scream, to shout, to call, to cry, to call out {ww.}
schreeuwen 
joelen
roepen 
gieren

I call
you call
we call

ik schreeuw
jij schreeuwt
wij schreeuwen
» meer vervoegingen van schreeuwen

I heard a woman scream.
Ik hoorde een vrouw schreeuwen.
to convoke, to call, to convene, to summon {ww.}
uitschrijven
convoceren
konvoceren
bijeenroepen

I call
you call
we call

ik schrijf uit
jij schrijft uit
wij schrijven uit
» meer vervoegingen van uitschrijven

to appeal to, to invoke, to call, to hail, to summon {ww.}
oproepen
praaien
aanroepen 

I call
you call
we call

ik roep op
jij roept op
wij roepen op
» meer vervoegingen van oproepen

to call, to call off {ww.}
wegroepen
to call off, to cancel, to scratch, to scrub {ww.}
afketsen
afstuiten
afspringen
to call off, to cancel, to scratch, to scrub {ww.}
afstellen


Gerelateerd aan call off

call - summon - designate - dub - label - name - term - cry out - scream - shout - cry - call out - convoke - convene - appeal tocall - fail - abandon