Vertaling van child
Inhoud:
Engels
Nederlands
Tom looks young.
Tom ziet jong uit.
The night's still young.
De nacht is nog jong.
When the kid wanted the latest PlayStation software, he acted like a spoiled child.
Toen het kind de laatste PlayStation-software wilde, gedroeg hij zich als een verwend kind.
The child painted flowers.
Het kind schilderde bloemen.
child, kid {zn.}
kind
loot
spruit
koter
loot
spruit
koter
Kid, don't touch the mirror!
Kind, raak niet aan de spiegel!
The child is dirty.
Het kind is vies.
child, fry, kid, minor, nestling, nipper, shaver, small fry, tiddler, tike, tyke, youngster {zn.}
kind
ding
ding
I am an only child.
Ik ben enig kind.
A child needs love.
Een kind heeft liefde nodig.
child, fry, kid, minor, nestling, nipper, shaver, small fry, tiddler, tike, tyke, youngster {zn.}
minderjarige
Voorbeelden in zinsverband
Engels
Nederlands
The child is dirty.
Het kind is vies.
A child needs love.
Een kind heeft liefde nodig.
The child counted ten.
Het kind telde er tien.
She's just a child.
Ze is maar een kind.
The child painted flowers.
Het kind schilderde bloemen.
The child doesn't cry anymore.
Het kind weent al niet meer.
Tom is a spoiled child.
Tom is een verwend kind.
She bent over the child.
Zij boog zich over het kind.
He behaves like a child.
Hij gedraagt zich als een kind.
I am an only child.
Ik ben enig kind.
He is a spoiled child.
Hij is een verwend kind.
I am no longer a child.
Ik ben geen kind meer.
The child had a pure heart.
Het kind had een zuiver hart.
The child is afraid of the dark.
Het kind is bang in het donker.
Tom is not a lazy child.
Tom is geen lui kind.