Vertaling van come

Inhoud:

Engels
Nederlands
to come, to derive, to originate, to result, to accrue, to stem, to spring {ww.}
voortkomen
het gevolg zijn van
ontspruiten
afstammen 

I come
you come
we come

ik kom voort
jij komt voort
wij komen voort
» meer vervoegingen van voortkomen

to come {ww.}
komen 

I come
you come
we come

ik kom
jij komt
wij komen
» meer vervoegingen van komen

to come, to derive, to descend {ww.}
spruiten
afstammen

I come
you come
we come

ik spruit
jij spruit
wij spruiten
» meer vervoegingen van spruiten

to advance, to approach, to come on, to come, to accost {ww.}
gaan naar
benaderen 
naderen 
genaken
aanpakken 

I come
you come
we come

ik benader
jij benadert
wij benaderen
» meer vervoegingen van benaderen

We're going to the movies. Come with us.
We gaan naar de film. Kom gezellig mee.
to come {ww.}
komen
klaarkomen

I come
you come
we come

ik kom
jij komt
wij komen
» meer vervoegingen van komen

Dreams sometimes come true.
Soms komen dromen uit.
Dreams come true.
Dromen komen uit.
to come, to do, to fare, to get along, to make out {ww.}
redden

I come
you come
we come

ik red
jij redt
wij redden
» meer vervoegingen van redden

to have an orgasm, to come {ww.}
klaarkomen
een orgasme krijgen

I come
you come
we come

ik kom klaar
jij komt klaar
wij komen klaar
» meer vervoegingen van klaarkomen

come, cum, ejaculate, seed, semen, seminal fluid {zn.}
ejaculaat
kwakkie
kwakje
come, cum, ejaculate, seed, semen, seminal fluid {zn.}
zaad [o] (het ~)
teelvocht
geil
stijfsel
sperma [o] (het ~)
to arrive, to come, to get {ww.}
komen
binnenkomen
aankomen
arriveren

I come
you come
we come

ik kom
jij komt
wij komen
» meer vervoegingen van komen

The letter will arrive tomorrow.
De brief zal morgen aankomen.
Might I come in?
Mag ik binnenkomen?

Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

Come in.

Komt u binnen!

Come quick!

Kom snel!

Come over!

Kom naar hier!

Come here!

Kom hier!

Come immediately.

Kom onmiddellijk.

My mother can't come.

Mijn moeder kan niet komen.

He will come soon.

Hij komt snel.

First come, first serve.

Die het eerst komt, die het eerst maalt.

Will he come tomorrow?

Komt hij morgen?

Dreams sometimes come true.

Soms komen dromen uit.

Dreams come true.

Dromen komen uit.

I'll never come back.

Ik kom nooit meer terug.

She will come soon.

Ze zal straks komen.

I knew you'd come.

Ik wist wel dat je zou komen.

I come from Saitama.

Ik kom uit Saitama.


Gerelateerd aan come

derive - originate - result - accrue - stem - spring - descend - advance - approach - come on - accost - do - fare - get along - make outarise - gratify - can - come - displace