Vertaling van component

Inhoud:

Engels
Nederlands
component, element, ingredient, part {zn.}
component  [m]
bestanddeel  [o]
component, element, ingredient, part {zn.}
ingrediënt
bestanddeel  [o]
component, element, entry, flake, fragment, item, particle, snippet {zn.}
punt 
partikel 
deeltje
item
deel
component {zn.}
component  [m]
part, piece, share, component, portion {zn.}
deel
stuk 
gedeelte
part
onderdeel
Give me a piece of paper.
Geef mij een stuk papier.
He took out a piece of chalk.
Hij nam een stuk krijt.


Gerelateerd aan component

element - ingredient - part - entry - flake - fragment - item - particle - snippet - piece - share - portion