Vertaling van contest
Inhoud:
Engels
Nederlands
contest {zn.}
twistgeding
to challenge, to question, to contest, to dispute, to protest {ww.}
I contest
you contest
we contest
ik spreek tegen
jij spreekt tegen
wij spreken tegen
» meer vervoegingen van tegenspreken
The match didn't take place.
De wedstrijd vond niet plaats.
Tom won the competition.
Tom won de wedstrijd.
competition, rivalry, contest {zn.}
wedijver
to contend, to contest, to repugn {ww.}
betwisten
bevechten
bevechten
I contest
you contest
we contest
ik betwist
jij betwist
wij betwisten
» meer vervoegingen van betwisten
to contend, to contest, to repugn {ww.}
aanvechten
I contest
you contest
we contest
ik vecht aan
jij vecht aan
wij vechten aan
» meer vervoegingen van aanvechten
competition, contest {zn.}
wedstrijd
treffen
wedkamp
sportwedstrijd
ontmoeting
match
treffen
wedkamp
sportwedstrijd
ontmoeting
match
She took part in the contest.
Zij deed mee aan de wedstrijd.