Vertaling van dapple
Inhoud:
Engels
Nederlands
dapple, fleck, maculation, patch, speckle, spot {zn.}
vlek
dapple, fleck, maculation, patch, speckle, spot {zn.}
plek
Tom has a bald spot.
Tom heeft een kale plek.
to cloud, to dapple, to mottle {ww.}
marmeren
I dapple
you dapple
we dapple
ik marmer
jij marmert
wij marmeren
» meer vervoegingen van marmeren