Vertaling van delight
Inhoud:
Engels
Nederlands
to delight, to delight in {ww.}
zwelgen
I delight
you delight
we delight
ik zwelg
jij zwelgt
wij zwelgen
» meer vervoegingen van zwelgen
to delight, to bewitch, to dazzle, to thrill {ww.}
verrukken
in verrukking brengen
in verrukking brengen
I delight
you delight
we delight
ik verruk
jij verrukt
wij verrukken
» meer vervoegingen van verrukken
to delight {ww.}
in verrukking raken
delight {zn.}
verrukking
delight, relish {zn.}
wellust
to make glad, to cheer, to delight {ww.}
verheugen
verblijden
verblijden
I delight
you delight
we delight
ik verheug
jij verheugt
wij verheugen
» meer vervoegingen van verheugen
to delight, to please {ww.}
plezieren
vergenoegen
verheugen
verblijden
vergenoegen
verheugen
verblijden
I delight
you delight
we delight
ik plezier
jij pleziert
wij plezieren
» meer vervoegingen van plezieren
to delight, to please {ww.}
strelen
I delight
you delight
we delight
ik streel
jij streelt
wij strelen
» meer vervoegingen van strelen
gladness, joy, delight, joyfulness {zn.}
vreugde
blijdschap
verheuging
verheugenis
blijheid
blijdschap
verheuging
verheugenis
blijheid
Guests always bring delight; if it is not when coming, then it is when leaving.
Visite brengt steeds vreugde aan; is 't niet bij het komen, dan bij het gaan.
She cried for joy when she heard that her son had survived the plane crash.
Ze huilde van blijdschap toen ze hoorde dat haar zoon de vliegtuigcrash had overleefd.