Vertaling van despot

Inhoud:

Engels
Nederlands
despot {zn.}
despoot [m]
dwingeland [m]
autocrat, despot, tyrant {zn.}
dwingeland
autocrat, despot, tyrant {zn.}
autocraat
monocraat
alleenheerser [m] (de ~)


Gerelateerd aan despot

autocrat - tyrantchild - ruler