Vertaling van disorder
Inhoud:
Engels
Nederlands
confusion, disorder, chaos, disarray {zn.}
verwarring
war
rotzooi
rommel
janboel
wanorde
disorde
war
rotzooi
rommel
janboel
wanorde
disorde
I took advantage of the confusion and attacked the enemy.
Ik maakte gebruik van de verwarring en viel de vijand aan.
"I see," Dima sighed. "Sorry for the confusion, then. Enjoy your Fanta, and have a good day."
"Juist," zuchtte Dima. "Sorry voor de verwarring dan. Geniet van je Fanta en prettige dag."
disorder, upset {zn.}
aandoening
affectie
affectie
disorder, upset {zn.}
kwaal
disquiet, disturbance, interference, unrest, disorder, static {zn.}
storing
disorder, upset {zn.}
ongemak
gebrekkigheid
handicap
gebrek
gebrekkigheid
handicap
gebrek
to cark, to disorder, to disquiet, to distract, to perturb, to trouble, to unhinge {ww.}
beroeren
troebleren
verontrusten
troebleren
verontrusten
I disorder
you disorder
we disorder
ik beroer
jij beroert
wij beroeren
» meer vervoegingen van beroeren
to cark, to disorder, to disquiet, to distract, to perturb, to trouble, to unhinge {ww.}
tobben
malen
inzitten
malen
inzitten
I disorder
you disorder
we disorder
ik tob
jij tobt
wij tobben
» meer vervoegingen van tobben
to disarray, to disorder {ww.}
ontregelen
I disorder
you disorder
we disorder
ik ontregel
jij ontregelt
wij ontregelen
» meer vervoegingen van ontregelen
to disarray, to disorder {ww.}
omwoelen
omwroeten
omwroeten
I disorder
you disorder
we disorder
ik omwoel
jij omwoelt
wij omwoelen
» meer vervoegingen van omwoelen