Vertaling van distinguish

Inhoud:

Engels
Nederlands
to distinguish, to differentiate, to discern, to discriminate, to mark {ww.}
onderscheiden
onderscheid maken tussen
onderkennen

I distinguish
you distinguish
we distinguish

ik onderscheid
jij onderscheidt
wij onderscheiden
» meer vervoegingen van onderscheiden

Reality and fantasy are hard to distinguish.
Realiteit en fantasie zijn moeilijk te onderscheiden.
Can you distinguish her from her sister?
Kunt ge haar onderscheiden van haar zus?
to differentiate, to distinguish {ww.}
uit elkaar houden
onderscheid maken
to differentiate, to distinguish, to secern, to secernate, to separate, to severalise, to severalize, to tell, to tell apart {ww.}
differentiëren

I distinguish
you distinguish
we distinguish

ik differentieer
jij differentieert
wij differentiëren
» meer vervoegingen van differentiëren

to discern, to distinguish, to make out, to pick out, to recognise, to recognize, to spot, to tell apart {ww.}
onderscheiden

I distinguish
you distinguish
we distinguish

ik onderscheid
jij onderscheidt
wij onderscheiden
» meer vervoegingen van onderscheiden

To distinguish right from wrong is difficult.
Het is moeilijk om goed van fout te onderscheiden.
You must educate your tongue to distinguish good coffee from bad.
Je moet je tong leren om goede koffie van slechte te onderscheiden.
to differentiate, to distinguish, to mark {ww.}
typeren
tekenen
kenmerken
kentekenen
kenschetsen
karakteriseren

I distinguish
you distinguish
we distinguish

ik typeer
jij typeert
wij typeren
» meer vervoegingen van typeren

to differentiate, to distinguish, to secern, to secernate, to separate, to severalise, to severalize, to tell, to tell apart {ww.}
onderscheiden
decoreren

I distinguish
you distinguish
we distinguish

ik onderscheid
jij onderscheidt
wij onderscheiden
» meer vervoegingen van onderscheiden

Can you tell butter from margarine?
Kan jij boter van margarine onderscheiden?
to discern, to distinguish, to make out, to pick out, to recognise, to recognize, to spot, to tell apart {ww.}
onderkennen

I distinguish
you distinguish
we distinguish

ik onderken
jij onderkent
wij onderkennen
» meer vervoegingen van onderkennen



Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

Reality and fantasy are hard to distinguish.

Realiteit en fantasie zijn moeilijk te onderscheiden.

Can you distinguish her from her sister?

Kunt ge haar onderscheiden van haar zus?

To distinguish right from wrong is difficult.

Het is moeilijk om goed van fout te onderscheiden.

It is not always easy to distinguish the Japanese from the Chinese.

Het is niet altijd makkelijk om Japans en Chinees uit elkaar te houden.

You must educate your tongue to distinguish good coffee from bad.

Je moet je tong leren om goede koffie van slechte te onderscheiden.

It seems that it's impossible to distinguish an obsessional neurosis from an intense love from a biochemical perspective.

Het lijkt onmogelijk te zijn om een obsessieve neurose van een intense liefde te onderscheiden vanuit een biochemisch perspectief.


Gerelateerd aan distinguish

differentiate - discern - discriminate - mark - secern - secernate - separate - severalise - severalize - tell - tell apart - make out - pick out - recognise - recognizealter - see - argue - pay back - realise