Vertaling van entrust
Inhoud:
Engels
Nederlands
to entrust, to assign, to charge, to commision, to instruct, to appoint, to authorize {ww.}
I entrust
you entrust
we entrust
ik draag op
jij draagt op
wij dragen op
» meer vervoegingen van opdragen
to confide, to entrust, to have confidence in, to trust, to commend, to consign {ww.}
vertrouwen
vertrouwen hebben in
toevertrouwen
vertrouwen hebben in
toevertrouwen
I entrust
you entrust
we entrust
ik vertrouw
jij vertrouwt
wij vertrouwen
» meer vervoegingen van vertrouwen
He abused my trust.
Hij heeft mijn vertrouwen misbruikt.
Honestly, I can't trust him.
Eerlijk, ik kan hem niet vertrouwen.