Vertaling van famous
befaamd
gerenommeerd
gereputeerd
illuster
roemrucht
roemruchtig
vermaard
fameus
hooggeëerd
hooggeschat
hooggewaardeerd
veelgeprezen
bekend
Voorbeelden in zinsverband
My sister is famous.
Mijn zuster is beroemd.
He became famous.
Hij werd beroemd.
This house is famous.
Dit huis is beroemd.
Picasso is a famous artist.
Picasso is een beroemd kunstenaar.
Ireland is famous for lace.
Ierland staat bekend om zijn kant.
Perhaps he'll never become famous.
Misschien zal hij wel nooit beroemd worden.
He's a famous Japanese popstar.
Hij is een bekende Japanse popster.
His pictures are very famous.
Zijn beelden zijn erg beroemd.
I don't want to be famous.
Ik wil niet beroemd zijn.
Everyone wants to meet you. You're famous!
Iedereen wil je ontmoeten, je bent beroemd!
Mary is a famous pop star.
Mary is een beroemde popster.
The sayings of Confucius are famous.
De uitspraken van Confucius zijn beroemd.
Valencia is famous for its unusual architecture.
Valencia is beroemd om zijn opmerkelijke architectuur.
He looked at historically famous locations.
Hij keek naar historisch beroemde locaties.
He shook hands with the famous singer.
Hij schudde de hand van de beroemde zanger.