Vertaling van feature
Inhoud:
Engels
Nederlands
feature, trait, attribute, characteristic {zn.}
trek
karaktertrek
gelaatstrek
karaktertrek
gelaatstrek
feature, characteristic, attribute {zn.}
kenmerk
feature, staple {zn.}
hoofdzaak
It was love at first sight.
Het was liefde op het eerste gezicht.
He fell in love with her at first sight.
Voor hem was het liefde op het eerste gezicht.
to appear, to feature {ww.}
zich voordoen
opdraven
opdraven