Vertaling van feed
I feed
you feed
we feed
ik voed
jij voedt
wij voeden
» meer vervoegingen van voeden
weiden
I feed
you feed
we feed
ik weid
jij weidt
wij weiden
» meer vervoegingen van weiden
I feed
you feed
we feed
ik spijzig
jij spijzigt
wij spijzigen
» meer vervoegingen van spijzigen
I feed
you feed
we feed
ik voed
jij voedt
wij voeden
» meer vervoegingen van voeden
they feed
zij vetweiden
» meer vervoegingen van vetweiden
spijzigen
voeden
I feed
you feed
we feed
ik spijs
jij spijst
wij spijzen
» meer vervoegingen van spijzen
I feed
you feed
we feed
ik voeg in
jij voegt in
wij voegen in
» meer vervoegingen van invoegen
I feed
you feed
we feed
ik pruim
jij pruimt
wij pruimen
» meer vervoegingen van pruimen
voederen
I feed
you feed
we feed
ik voer
jij voert
wij voeren
» meer vervoegingen van voeren
I feed
you feed
we feed
ik bik
jij bikt
wij bikken
» meer vervoegingen van bikken
foerage
vreten
voeder
they feed
zij stromen
» meer vervoegingen van stromen
they feed
zij vervloeien
» meer vervoegingen van vervloeien
I feed
you feed
we feed
ik vreet
jij vreet
wij vreten
» meer vervoegingen van vreten
tafelen
eten
I feed
you feed
we feed
ik tafel
jij tafelt
wij tafelen
» meer vervoegingen van tafelen
I feed
you feed
he/she/it feed
ik tipte
jij tipte
hij/zij/het tipte
» meer vervoegingen van tippen
Voorbeelden in zinsverband
Don't feed wild animals.
Voer geen wilde dieren.
She wasn't wealthy enough to feed her dog meat every day.
Ze was niet rijk genoeg om haar hond elke dag vlees te voeren.