Vertaling van fiesta

Inhoud:

Engels
Nederlands
celebration, festival, party, feast, feastday, festivity, fiesta {zn.}
feest  [o]
partij [v]
fuif [v]
festiviteit [v]
We're having a party next Saturday.
We hebben een feest volgende zaterdag.
The party ended at nine.
Het feest eindigde om negen uur.


Gerelateerd aan fiesta

celebration - festival - party - feast - feastday - festivity