Vertaling van freshen up

Inhoud:

Engels
Nederlands
to freshen, to increase, to strengthen {ww.}
sterker worden
toenemen
aanwakkeren

I freshen
you freshen
we freshen

ik wakker aan
jij wakkert aan
wij wakkeren aan
» meer vervoegingen van aanwakkeren

to freshen, to freshen up, to refresh, to refreshen {ww.}
verfrissen
verkwikken
opfrissen

I freshen
you freshen
we freshen

ik verfris
jij verfrist
wij verfrissen
» meer vervoegingen van verfrissen

to freshen, to freshen up, to refresh, to refreshen {ww.}
aanhalen

I freshen
you freshen
we freshen

ik haal aan
jij haalt aan
wij halen aan
» meer vervoegingen van aanhalen

to freshen up, to refurbish, to renovate {ww.}
renoveren
to freshen up, to refurbish, to renovate {ww.}
opboenen
opwrijven
oppoetsen
to freshen, to refresh, to refreshen {ww.}
laven
drenken

I freshen
you freshen
we freshen

ik laaf
jij laaft
wij laven
» meer vervoegingen van laven

to freshen, to refresh, to refreshen {ww.}
verversen

I freshen
you freshen
we freshen

ik ververs
jij ververst
wij verversen
» meer vervoegingen van verversen

to freshen, to refresh, to refreshen {ww.}
herbevoorraden
to freshen, to refresh, to refreshen {ww.}
ontzilten
ontzouten

I freshen
you freshen
we freshen

ik ontzilt
jij ontzilt
wij ontzilten
» meer vervoegingen van ontzilten



Gerelateerd aan freshen up

freshen - increase - strengthen - refresh - refreshen - refurbish - renovatealter - change - regenerate - clean - cater - replace - provision - remove