Vertaling van gnarl
Inhoud:
Engels
Nederlands
gnarl, knot {zn.}
knoest
bump, knob, knot, protuberance, tuber, lump, gnarl {zn.}
knoest
knol
knobbel
knol
knobbel
to croak, to gnarl, to grumble, to murmur, to mutter {ww.}
fluisteren
I gnarl
you gnarl
we gnarl
ik fluister
jij fluistert
wij fluisteren
» meer vervoegingen van fluisteren
to croak, to gnarl, to grumble, to murmur, to mutter {ww.}
murmureren
morren
morren
I gnarl
you gnarl
we gnarl
ik murmureer
jij murmureert
wij murmureren
» meer vervoegingen van murmureren
to croak, to gnarl, to grumble, to murmur, to mutter {ww.}
knorren
I gnarl
you gnarl
we gnarl
ik knor
jij knort
wij knorren
» meer vervoegingen van knorren
to croak, to gnarl, to grumble, to murmur, to mutter {ww.}
pruttelen
I gnarl
you gnarl
we gnarl
ik pruttel
jij pruttelt
wij pruttelen
» meer vervoegingen van pruttelen