Vertaling van have got

Inhoud:

Engels
Nederlands
to have, to have got {ww.}
hebben 
erop nahouden
They would have got a better exchange rate if they had gone to a bank.
Ze zouden een betere wisselkoers hebben gekregen als ze naar een bank zouden zijn gegaan.
Farmhouses have barns.
Boerderijen hebben schuren.
to have, to receive, to get, to catch {ww.}
genieten 
krijgen
ontvangen 
toucheren

I have got
you have got
we have got

ik heb genoten
jij hebt genoten
wij hebben genoten
» meer vervoegingen van genieten

to arrive, to get, to end up {ww.}
aankomen 
arriveren 

I have got
you have got
we have got

ik ben aangekomen
jij bent aangekomen
wij zijn aangekomen
» meer vervoegingen van aankomen

to provide, to deliver, to supply, to procure, to get {ww.}
uitreiken
verschaffen
verstrekken 

I have got
you have got
we have got

ik heb uitgereikt
jij hebt uitgereikt
wij hebben uitgereikt
» meer vervoegingen van uitreiken

to buy, to get, to procure, to obtain {ww.}
aanschaffen 

I have got
you have got
we have got

ik heb aangeschaft
jij hebt aangeschaft
wij hebben aangeschaft
» meer vervoegingen van aanschaffen

to cause, to get, to make, to render {ww.}
doen 
laten
laten doen
maken 

I have got
you have got
we have got

ik heb gedaan
jij hebt gedaan
wij hebben gedaan
» meer vervoegingen van doen

to get {ww.}
deelachtig worden
krijgen
verkrijgen 

I have got
you have got
we have got

ik heb gekregen
jij hebt gekregen
wij hebben gekregen
» meer vervoegingen van krijgen

to accomplish, to attain, to get, to reach, to achieve, to arrive at {ww.}
bereiken 
behalen 
inhalen
reiken tot

I have got
you have got
we have got

ik heb bereikt
jij hebt bereikt
wij hebben bereikt
» meer vervoegingen van bereiken

to acquire, to get, to obtain, to gain, to secure {ww.}
buitmaken
behalen 
verkrijgen 
verwerven

I have got
you have got
we have got

ik heb buitgemaakt
jij hebt buitgemaakt
wij hebben buitgemaakt
» meer vervoegingen van buitmaken

to lay hold of, to pick up, to take, to get {ww.}
nemen 
vatten 
pakken
oprapen
aanvatten

I have got
you have got
we have got

ik heb genomen
jij hebt genomen
wij hebben genomen
» meer vervoegingen van nemen

You've got to take the bull by the horns!
Je moet de koe bij de horens vatten!
You must take the bull by the horns.
Je moet de koe bij de horens vatten.
to buy, to procure, to get {ww.}
aanschaffen 
zich voorzien van

I have got
you have got
we have got

ik heb aangeschaft
jij hebt aangeschaft
wij hebben aangeschaft
» meer vervoegingen van aanschaffen

He wants to get a new dictionary.
Hij wil zich een nieuw woordenboek aanschaffen.
to fetch, to get, to pick up, to bring {ww.}
halen
gaan halen

I have got
you have got
we have got

ik heb gehaald
jij hebt gehaald
wij hebben gehaald
» meer vervoegingen van halen

She asked her husband to go and fetch some milk.
Ze vroeg haar man om melk te gaan halen.
Go and fetch Tom.
Ga Tom halen.
to become, to get, to grow, to arise {ww.}
worden 
raken 

I have got
you have got
we have got

ik ben geworden
jij bent geworden
wij zijn geworden
» meer vervoegingen van worden

What can I get rid of?
Wat kan ik kwijt raken?
I couldn't get to sleep.
Ik kon niet in slaap raken.
to arise, to commence, to get, to materialize, to start {ww.}
worden 
opkomen
ontstaan

I have got
you have got
we have got

ik ben geworden
jij bent geworden
wij zijn geworden
» meer vervoegingen van worden

He'll get well soon.
Hij zal snel beter worden.
It will get warmer and warmer.
Het zal warmer en warmer worden.
to get, to lead {ww.}
brengen 
voorleiden

I have got
you have got
we have got

ik heb gebracht
jij hebt gebracht
wij hebben gebracht
» meer vervoegingen van brengen

He's talking so loudly that we're going to get in trouble.
He praat zo hard dat hij ons in de problemen gaat brengen.
The police are really good at understanding "Someone stole my credit card and ran up a lot of charges." It's a lot harder to get them to buy into "Someone stole my magic…
De politie is er heel goed in om te begrijpen dat iemand mijn creditcard gestolen heeft en een heleboel geld heeft opgenomen. Het is veel moeilijker om ze bij te brengen
to send for, to get, to bring, to fetch {ww.}
betrekken 
halen
laten komen
ontbieden

I have got
you have got
we have got

ik heb betrokken
jij hebt betrokken
wij hebben betrokken
» meer vervoegingen van betrekken

to have, to have got, to hold {ww.}
hebben
voeren
We have thirteen clubs.
We hebben dertien knuppels.
We have enough time.
Wij hebben genoeg tijd.


Gerelateerd aan have got

have - receive - get - catch - arrive - end up - provide - deliver - supply - procure - buy - obtain - cause - make - renderhave