Vertaling van hook up

Inhoud:

Engels
Nederlands
to hook, to couple, to hang, to secure {ww.}
haken

I hook
you hook
we hook

ik haak
jij haakt
wij haken
» meer vervoegingen van haken

to clasp, to fasten, to hook {ww.}
vasthaken
to hook up {ww.}
aanpikken
to hook {ww.}
aanhaken
vasthaken
haken

I hook
you hook
we hook

ik haak aan
jij haakt aan
wij haken aan
» meer vervoegingen van aanhaken

to hook {ww.}
haken

I hook
you hook
we hook

ik haak
jij haakt
wij haken
» meer vervoegingen van haken

to fleece, to gazump, to hook, to overcharge, to pluck, to plume, to rob, to soak, to surcharge {ww.}
uitkleden
flessen
tillen
pluimen
scheren
snijden
plukken
kaalplukken
bezwendelen
aderlaten
afzetten

I hook
you hook
we hook

ik kleed uit
jij kleedt uit
wij kleden uit
» meer vervoegingen van uitkleden

to fleece, to gazump, to hook, to overcharge, to pluck, to plume, to rob, to soak, to surcharge {ww.}
ontstelen
afnemen
ontnemen
benemen
afpikken
afpakken
afjatten

I hook
you hook
we hook

ik ontsteel
jij ontsteelt
wij ontstelen
» meer vervoegingen van ontstelen

to accost, to hook, to solicit {ww.}
tippelen

I hook
you hook
we hook

ik tippel
jij tippelt
wij tippelen
» meer vervoegingen van tippelen

to crochet, to hook {ww.}
haken

I hook
you hook
we hook

ik haak
jij haakt
wij haken
» meer vervoegingen van haken

to fleece, to gazump, to hook, to overcharge, to pluck, to plume, to rob, to soak, to surcharge {ww.}
ontroven

I hook
you hook
we hook

ik ontroof
jij ontrooft
wij ontroven
» meer vervoegingen van ontroven

to fleece, to gazump, to hook, to overcharge, to pluck, to plume, to rob, to soak, to surcharge {ww.}
afzetter [m] (de ~)

I hook



Gerelateerd aan hook up

hook - couple - hang - secure - clasp - fasten - fleece - gazump - overcharge - pluck - plume - rob - soak - surcharge - accosthang - attach - clutch - betray - take - prostitute - broider - fleece - chiseler