Vertaling van husk

Inhoud:

Engels

Nederlands

husk {zn.}

bolster [m]

to husk, to shell {ww.}

ontbolsteren

I husk
you husk
we husk

ik ontbolster
jij ontbolstert
wij ontbolsteren
» meer vervoegingen van ontbolsteren

to husk, to shell {ww.}

peulen

to husk, to shell {ww.}

afpellen
pellen

I husk
you husk
we husk

ik pel af
jij pelt af
wij pellen af
» meer vervoegingen van afpellen

to husk, to shell {ww.}

doppen

I husk
you husk
we husk

ik dop
jij dopt
wij doppen
» meer vervoegingen van doppen

bark, husk, peel, shell, hull, skin {zn.}

schors  [v]
schaal
schil  [v]
dop  [m]

pod, husk {zn.}

peul
schil
dop [m]

chaff, husk, shuck, stalk, straw, stubble {zn.}

kaf [o] (het ~)

chaff, husk, shuck, stalk, straw, stubble {zn.}

stro
strootje
strohalm [m] (de ~)

chaff, husk, shuck, stalk, straw, stubble {zn.}

stronk [m] (de ~)