Vertaling van impetus

Inhoud:

Engels

Nederlands

impetus, incitement, stimulus, abetment, drive, instigation, prod {zn.}

aansporing [v]

impetus, momentum, rush, surge, zest {zn.}

onstuimigheid [v]
vuur [o]
heftigheid [v]

impetus, impulse, momentum, yen {zn.}

impuls
stuwing [v]
opwelling [v]
aandrang  [m]
drang  [m]
aandrift  [v]

impetus, incitement, stimulus, incentive {zn.}

prikkel
prikkeling [v]
stimulatie [v]
aansporing [v]