Vertaling van inflame
opvlammen
I inflame
you inflame
we inflame
ik vlam op
jij vlamt op
wij vlammen op
» meer vervoegingen van opvlammen
I inflame
you inflame
we inflame
ik blaas aan
jij blaast aan
wij blazen aan
» meer vervoegingen van aanblazen
ontstoken
I inflame
you inflame
we inflame
ik ontsteek
jij ontsteekt
wij ontsteken
» meer vervoegingen van ontsteken
aanstoken
opporren
opstoken
I inflame
you inflame
we inflame
ik stook
jij stookt
wij stoken
» meer vervoegingen van stoken
I inflame
you inflame
we inflame
ik stook
jij stookt
wij stoken
» meer vervoegingen van stoken
aanwakkeren
I inflame
you inflame
we inflame
ik jaag aan
jij jaagt aan
wij jagen aan
» meer vervoegingen van aanjagen
opvliegen
opstuiven
I inflame
you inflame
we inflame
ik kook over
jij kookt over
wij koken over
» meer vervoegingen van overkoken
I inflame
you inflame
we inflame
ik loop warm
jij loopt warm
wij lopen warm
» meer vervoegingen van warmlopen
I inflame
you inflame
we inflame
ik gloei door
jij gloeit door
wij gloeien door
» meer vervoegingen van doorgloeien
I inflame
you inflame
we inflame
ik maak los
jij maakt los
wij maken los
» meer vervoegingen van losmaken