Vertaling van item

Inhoud:

Engels
Nederlands
component, element, entry, flake, fragment, item, particle, snippet {zn.}
punt 
partikel 
deeltje
item
deel
thing, item, something, stuff {zn.}
ding  [o]
voorwerp 
Let me say one thing.
Laat mij een ding zeggen.
You just have to promise me one thing.
Je moet me alleen één ding beloven.
item {bw.}
idem
detail, item, point {zn.}
item
detail, item, point {zn.}
gegeven [o] (het ~)
I wish I could care more about my grades but it seems that, at a certain point of my life, I decided it wouldn't be so important anymore.
Ik zou willen dat mijn cijfers me meer konden schelen, maar het lijkt erop dat ik op een gegeven moment in mijn leven besloten heb dat die niet zo belangrijk meer zouden…
detail, item, point {zn.}
detailopname
detail, item, particular {zn.}
detail [o] (het ~)
particulariteit
ins en outs
bijzonderheid [v] (de ~)
The pilot described the scene in detail.
De piloot beschreef de scène tot in detail.
detail, item, point {zn.}
weetje [o] (het ~)
wetenswaardigheid [v] (de ~)


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

The first item he bought was an alarm clock.

Het eerste ding dat hij kocht was een wekker.

The above-mentioned mail item has been duly delivered.

Die hierboven vermelde zending werd behoorlijk afgeleverd.


Gerelateerd aan item

component - element - entry - flake - fragment - particle - snippet - thing - something - stuff - detail - point - particularright - component - fact - recording - detail