Vertaling van joyfulness
Inhoud:
Engels
Nederlands
gladness, joy, delight, joyfulness {zn.}
vreugde
blijdschap
verheuging
verheugenis
blijheid
blijdschap
verheuging
verheugenis
blijheid
Guests always bring delight; if it is not when coming, then it is when leaving.
Visite brengt steeds vreugde aan; is 't niet bij het komen, dan bij het gaan.
She cried for joy when she heard that her son had survived the plane crash.
Ze huilde van blijdschap toen ze hoorde dat haar zoon de vliegtuigcrash had overleefd.