Vertaling van liar
Inhoud:
Engels
Nederlands
liar {zn.}
leugenaar
He's a notorious liar.
Hij is een notoire leugenaar.
He is nothing but a liar.
Hij is niets dan een leugenaar.
liar, prevaricator {zn.}
duimzuiger
liar, prevaricator {zn.}
leugenaar
liegbeest
jokkebrok
draaikont
liegbeest
jokkebrok
draaikont
He turned out to be nothing but a liar.
Het bleek, dat hij niets anders was dan een leugenaar.
Voorbeelden in zinsverband
Engels
Nederlands
He's a notorious liar.
Hij is een notoire leugenaar.
She is a very clever liar.
Ze is handig in het liegen.
He is nothing but a liar.
Hij is niets dan een leugenaar.
He turned out to be nothing but a liar.
Het bleek, dat hij niets anders was dan een leugenaar.