Vertaling van painted
I painted
you painted
he/she/it painted
ik schilderde
jij schilderde
hij/zij/het schilderde
» meer vervoegingen van schilderen
I painted
you painted
he/she/it painted
ik verfde
jij verfde
hij/zij/het verfde
» meer vervoegingen van verven
schminken
blanketten
I painted
you painted
he/she/it painted
ik grimeerde
jij grimeerde
hij/zij/het grimeerde
» meer vervoegingen van grimeren
uitschilderen
afschilderen
I painted
you painted
he/she/it painted
ik schilderde
jij schilderde
hij/zij/het schilderde
» meer vervoegingen van schilderen
heterogeen
zwartbont
I painted
you painted
he/she/it painted
ik penseelde
jij penseelde
hij/zij/het penseelde
» meer vervoegingen van penselen
I painted
you painted
he/she/it painted
ik schilderde
jij schilderde
hij/zij/het schilderde
» meer vervoegingen van schilderen
lakken
verven
I painted
you painted
he/she/it painted
ik schilderde
jij schilderde
hij/zij/het schilderde
» meer vervoegingen van schilderen
I painted
you painted
he/she/it painted
ik beschilderde
jij beschilderde
hij/zij/het beschilderde
» meer vervoegingen van beschilderen
I painted
you painted
he/she/it painted
ik penseelde
jij penseelde
hij/zij/het penseelde
» meer vervoegingen van penselen
Voorbeelden in zinsverband
The child painted flowers.
Het kind schilderde bloemen.
He painted his bicycle red.
Hij heeft zijn fiets rood geschilderd.
He painted the ceiling blue.
Hij verfde het plafond blauw.
I painted the fence green.
Ik verfde het hek groen.
Dad painted the walls white.
Papa schilderde de muren wit.
She painted the walls white.
Ze verfde de muren wit.
Do you know who painted this picture?
Weet je wie dit schilderij heeft geschilderd?
Tom had his house painted last summer.
Tom heeft deze zomer zijn huis laten verven.
I don't know who painted this picture.
Ik weet niet wie dit schilderij heeft geschilderd.
The news article painted the defendant as a guilty man, even though he had been proven innocent.
Het nieuwsbericht beeldde de verdachtte als schuldig af, hoewel hij onschuldig bevonden was.