Vertaling van pay
I pay
you pay
we pay
ik salarieer
jij salarieert
wij salariëren
» meer vervoegingen van salariëren
I pay
you pay
we pay
ik betaal
jij betaalt
wij betalen
» meer vervoegingen van betalen
I pay
you pay
we pay
ik dok
jij dokt
wij dokken
» meer vervoegingen van dokken
I pay
you pay
we pay
ik betaal af
jij betaalt af
wij betalen af
» meer vervoegingen van afbetalen
lappen
neertellen
offeren
schokken
betalen
neerleggen
schuiven
uittellen
I pay
you pay
we pay
ik dok
jij dokt
wij dokken
» meer vervoegingen van dokken
vereffenen
verrekenen
voldaan
voldoen
afdoen
afrekenen
I pay
you pay
we pay
ik betaal af
jij betaalt af
wij betalen af
» meer vervoegingen van afbetalen
I pay
you pay
we pay
ik salarieer
jij salarieert
wij salariëren
» meer vervoegingen van salariëren
I pay
you pay
we pay
ik draai op
jij draait op
wij draaien op
» meer vervoegingen van opdraaien
I pay
you pay
we pay
ik dok
jij dokt
wij dokken
» meer vervoegingen van dokken
I pay
you pay
we pay
ik stort bij
jij stort bij
wij storten bij
» meer vervoegingen van bijstorten
I pay
you pay
we pay
ik betaal
jij betaalt
wij betalen
» meer vervoegingen van betalen
I pay
you pay
we pay
ik zuiver aan
jij zuivert aan
wij zuiveren aan
» meer vervoegingen van aanzuiveren
renderen
I pay
you pay
we pay
ik loon
jij loont
wij lonen
» meer vervoegingen van lonen
bezoldigen
I pay
you pay
we pay
ik salarieer
jij salarieert
wij salariëren
» meer vervoegingen van salariëren
verdienen
I pay
you pay
we pay
ik betaal
jij betaalt
wij betalen
» meer vervoegingen van betalen
I pay
you pay
we pay
ik leg bij
jij legt bij
wij leggen bij
» meer vervoegingen van bijleggen
Voorbeelden in zinsverband
They have to pay in advance.
Ze moeten vooraf betalen.
We must pay attention to traffic signals.
We moeten op het stoplicht letten.
Can I pay a credit card?
Kan ik via creditcard betalen?
We always have to pay more.
We moeten altijd meer betalen.
I will pay for it by check.
Ik zal dat betalen met een cheque.
Let me pay for the dinner.
Laat mij voor het eten betalen.
Can I pay by credit card?
Kan ik met een creditcard betalen?
I won't pay my son's debts.
Ik zal de schulden van mijn zoon niet betalen.
I would like to pay with cash.
Ik zou met baar geld willen betalen.
I want to pay with a check.
Ik wil met een cheque betalen.
Don't pay any attention to what your father says.
Schenk geen aandacht aan wat je vader zegt.
I would like to pay with a credit card.
Ik wil betalen met een kredietkaart.
I want to pay it back to you.
Ik wil het je terugbetalen.
You should pay more attention to what you say.
Jullie moeten beter opletten wat jullie zeggen.
Don't pay any attention to what he says.
Let maar niet op wat hij zegt.