Vertaling van policeman
Voorbeelden in zinsverband
He became a policeman.
Hij is politieagent geworden.
Ask a policeman!
Vraag een politieman!
The policeman chased the burglar.
De politieman achtervolgde de inbreker.
The policeman visited all the houses.
De politieagent bezocht alle huizen.
The policeman is driving the car.
De politieagent bestuurt de auto.
The policeman must say, "It's the law."
De politieagent moet zeggen "Zo luidt de wet."
The policeman is wearing a gas mask.
De politieagent draagt een gasmasker.
The policeman separated the two men who were fighting.
De politieagent haalde de twee vechtende mannen uit elkaar.
The thief ran away when he saw a policeman.
De dief liep weg toen hij een politieman zag.
The policeman took the knife from the boy.
De politieman nam de jongen het mes af.
The policeman aimed his gun at the man.
De politieagent richtte zijn pistool op de man.