Vertaling van puzzled
Inhoud:
Engels
Nederlands
to appal, to dismay, to puzzle, to alarm, to dumbfound, to stun, to stupefy, to disconcert, to startle, to stagger, to take aback, to astound {ww.}
I puzzled
you puzzled
he/she/it puzzled
ik verblufte
jij verblufte
hij/zij/het verblufte
» meer vervoegingen van verbluffen
to puzzle {ww.}
verbijsteren
I puzzled
you puzzled
he/she/it puzzled
ik verbijsterde
jij verbijsterde
hij/zij/het verbijsterde
» meer vervoegingen van verbijsteren
to confuse, to puzzle, to bemuse, to bewilder, to perplex, to abash, to addle, to disarrange, to disarray, to baffle {ww.}
verwisselen
van zijn stuk brengen
verwarren
dooreenhalen
van zijn stuk brengen
verwarren
dooreenhalen
I puzzled
you puzzled
he/she/it puzzled
ik verwisselde
jij verwisselde
hij/zij/het verwisselde
» meer vervoegingen van verwisselen