Vertaling van reading
lectuur
leesvoer
voordracht
lezing
I am reading
uitkrijgen
uitlezen
I am reading
schoolwijsheid
boekenwijsheid
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
I am reading
uitleggen
begrijpen
I am reading
I am reading
I am reading
lezen
I am reading
I am reading
Voorbeelden in zinsverband
I'm reading.
Ik lees.
I'm reading this book.
Ik lees dit boek.
Who is reading?
Wie leest er?
The woman is reading.
De vrouw is aan het lezen.
Now I'm reading, you're reading and he's reading; we're all reading.
Nu lees ik, lees jij en leest hij; wij lezen allen.
I'm reading the newspaper.
Ik ben de krant aan het lezen.
He stopped reading newspapers.
Hij stopte met het lezen van kranten.
What are you reading?
Wat ben je aan het lezen?
He is reading.
Hij leest.
I love reading books.
Ik lees heel graag boeken.
I like reading books.
Ik lees graag boeken.
Reading a book is interesting.
Een boek lezen is interessant.
He continued reading the book.
Hij las verder in het boek.
I like reading American novels.
Ik lees graag Amerikaanse romans.
Reading books is very interesting.
Boeken lezen is erg interessant.