Vertaling van rendez-vous

Inhoud:

Engels
Nederlands
appointment, date, rendez-vous {zn.}
afspraak  [v]
rendez-vous
I have an appointment with the doctor.
Ik heb een afspraak met de dokter.
Tom has a dentist appointment at 2:30.
Tom heeft om half drie een afspraak bij de tandarts.


Gerelateerd aan rendez-vous

appointment - date