Vertaling van ruled

Inhoud:

Engels

Nederlands

ruled {bn.}

gelinieerd
gelijnd

to declare, to state, to profess, to pronounce, to rule, to adjudge {ww.}

verklaren
betuigen
declareren
aangeven

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik verklaarde
jij verklaarde
hij/zij/het verklaarde
» meer vervoegingen van verklaren

to judge, to rule, to try, to adjudge, to adjudicate {ww.}

vonnissen
oordelen
beoordelen
berechten

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik vonniste
jij vonniste
hij/zij/het vonniste
» meer vervoegingen van vonnissen

to control, to govern, to rule, to reign {ww.}

aansturen
regeren
de scepter zwaaien
heersen
besturen

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik stuurde aan
jij stuurde aan
hij/zij/het stuurde aan
» meer vervoegingen van aansturen

to dominate, to predominate, to prevail, to reign, to rule {ww.}

overheersen
heersen
controleren
beheersen
prevaleren
domineren

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik overheerste
jij overheerste
hij/zij/het overheerste
» meer vervoegingen van overheersen

to govern, to rule {ww.}

regeren

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik regeerde
jij regeerde
hij/zij/het regeerde
» meer vervoegingen van regeren

to harness, to rein, to rule {ww.}

inhouden

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik hield in
jij hield in
hij/zij/het hield in
» meer vervoegingen van inhouden

to harness, to rein, to rule {ww.}

harnassen

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik harnaste
jij harnaste
hij/zij/het harnaste
» meer vervoegingen van harnassen

to govern, to rule {ww.}

heersen
overheersen
gebieden

I ruled
you ruled
he/she/it ruled

ik heerste
jij heerste
hij/zij/het heerste
» meer vervoegingen van heersen