Vertaling van sailing

Inhoud:

Engels
Nederlands
departure, sailing {zn.}
vertrek  [o]
He decided to put off his departure.
Hij besloot zijn vertrek uit te stellen.
We postponed our departure because of the storm.
We stelden ons vertrek uit vanwege de storm.
sailing {zn.}
zeilsport
departure, sailing {zn.}
vertrek  [o]
afvaart  [v]
afrit [m]
sailing {zn.}
afvaart
glide, gliding, sailing, sailplaning, soaring {zn.}
vol plané
vol-plané
glijvlucht [m] (de ~)
glide, gliding, sailing, sailplaning, soaring {zn.}
glijvlucht [m] (de ~)


Gerelateerd aan sailing

departure - glide - gliding - sailplaning - soaringaquatics - departure - flight