Vertaling van shark

Inhoud:

Engels
Nederlands
shark {zn.}
haai  [m]
He was attacked by a shark.
Hij werd aangevallen door een haai.
shark {zn.}
grensbewaker
douane [m] (de ~)
grenswachter
grenswacht [m] (de ~)
douanebeambte [m] (de ~)
douanier [m] (de ~)
shark {zn.}
haai [m] (de ~)
haaivissen
haaivis


Gerelateerd aan shark

civil servant - security guard