Vertaling van show
I show
you show
we show
ik toon
jij toont
wij tonen
» meer vervoegingen van tonen
kijkspel
schouwspel
vertoning
laten blijken
I show
you show
we show
ik manifesteer
jij manifesteert
wij manifesteren
» meer vervoegingen van manifesteren
I show
you show
we show
ik vertoon
jij vertoont
wij vertonen
» meer vervoegingen van vertonen
I show
you show
we show
ik toon
jij toont
wij tonen
» meer vervoegingen van tonen
getuigen
tonen
I show
you show
we show
ik spreid tentoon
jij spreidt tentoon
wij spreiden tentoon
» meer vervoegingen van tentoonspreiden
I show
you show
we show
ik maak waar
jij maakt waar
wij maken waar
» meer vervoegingen van waarmaken
I show
you show
we show
ik wijs
jij wijst
wij wijzen
» meer vervoegingen van wijzen
I show
you show
we show
ik wijs uit
jij wijst uit
wij wijzen uit
» meer vervoegingen van uitwijzen
I show
you show
we show
ik spreek
jij spreekt
wij spreken
» meer vervoegingen van spreken
aanwijzen
I show
you show
we show
ik wijs
jij wijst
wij wijzen
» meer vervoegingen van wijzen
I show
you show
we show
ik patenteer
jij patenteert
wij patenteren
» meer vervoegingen van patenteren
I show
you show
we show
ik leid rond
jij leidt rond
wij leiden rond
» meer vervoegingen van rondleiden
I show
you show
we show
ik schilder af
jij schildert af
wij schilderen af
» meer vervoegingen van afschilderen
betonen
bewijzen
I show
you show
we show
ik betuig
jij betuigt
wij betuigen
» meer vervoegingen van betuigen
aantonen
bewijzen
hardmaken
I show
you show
we show
ik staaf
jij staaft
wij staven
» meer vervoegingen van staven
exposeren
I show
you show
we show
ik stel tentoon
jij stelt tentoon
wij stellen tentoon
» meer vervoegingen van tentoonstellen
attenderen
I show
you show
we show
ik wijs
jij wijst
wij wijzen
» meer vervoegingen van wijzen
I show
you show
we show
ik uit
jij uit
wij uiten
» meer vervoegingen van uiten
I show
you show
we show
ik spreek in
jij spreekt in
wij spreken in
» meer vervoegingen van inspreken
Voorbeelden in zinsverband
Show him who's boss!
Laat hem zien wie de baas is!
Please show your ticket.
Uw ticket, alstublieft.
Oh! Show me, please.
O! Laat eens zien.
Show me another example.
Laat me nog eens een voorbeeld zien.
Please show me another.
Kunt u me nog een andere laten zien?
Show me your papers!
Toon me je papieren!
Please show me your picture.
Laat me alsjeblieft je foto zien.
Show me what you bought.
Laat me zien wat je gekocht hebt.
Let me show you something.
Laat me je iets tonen.
Please, show me these photos.
Toon me deze foto's alsjeblieft.
Please show me another example.
Geef me een ander voorbeeld alsjeblieft.
The show presented modern art from Europe.
De voorstelling toonde moderne kunst uit Europa.
Please show me the TV Guide.
Laat me alsjeblieft de TV-gids zien.
I wanted to show them my appreciation.
Ik wou hen mijn waardering tonen.
I will show you some pictures.
Ik zal jullie wat foto's laten zien.