Vertaling van sit
I sit
you sit
we sit
ik zit
jij zit
wij zitten
» meer vervoegingen van zitten
I sit
you sit
we sit
ik zet
jij zet
wij zetten
» meer vervoegingen van zetten
neerzetten
neerzijgen
I sit
you sit
we sit
ik zit neer
jij zit neer
wij zitten neer
» meer vervoegingen van neerzitten
I sit
you sit
we sit
ik nestel
jij nestelt
wij nestelen
» meer vervoegingen van nestelen
I sit
you sit
we sit
ik neem plaats
jij neemt plaats
wij nemen plaats
» meer vervoegingen van plaatsnemen
neerzitten
zetelen
I sit
you sit
we sit
ik zit
jij zit
wij zitten
» meer vervoegingen van zitten
plaatsnemen
zich zetten
I sit
you sit
we sit
ik neem plaats
jij neemt plaats
wij nemen plaats
» meer vervoegingen van plaatsnemen
I sit
you sit
we sit
ik berijd
jij berijdt
wij berijden
» meer vervoegingen van berijden
I sit
you sit
we sit
ik poseer
jij poseert
wij poseren
» meer vervoegingen van poseren
I sit
you sit
we sit
ik rijd
jij rijdt
wij rijden
» meer vervoegingen van rijden
I sit
you sit
we sit
ik babysit
jij babysit
wij babysitten
» meer vervoegingen van babysitten
I sit
you sit
we sit
ik schik aan
jij schikt aan
wij schikken aan
» meer vervoegingen van aanschikken
I sit
you sit
we sit
ik schik aan
jij schikt aan
wij schikken aan
» meer vervoegingen van aanschikken
Voorbeelden in zinsverband
No, sit down.
Nee, ga zitten.
Sit wherever you like.
Gaat u maar zitten waar u maar wilt.
Don't just sit there, do something!
Zit daar niet te zitten, doe iets!
Come here, little girl, sit down!
Kom hier, meisje, ga zitten!
Where would you like to sit?
Waar zou u willen zitten?
You will be told where to sit.
Er zal je gezegd worden waar je mag plaatsnemen.
Let's sit down on the bench.
Laten we op de bank zitten.
You may sit down on the chair.
U mag op de stoel gaan zitten.
Won't you sit on my knee?
Wil je niet op mijn knie zitten?
Sit on the sofa and feel at ease.
Gaat u lekker op de bank zitten en maak het uzelf gemakkelijk.
We were so excited that we couldn't sit still.
We waren zo opgewonden dat we niet stil konden zitten.
Here's a comfortable chair you can sit in.
Hier, een gemakkelijke zetel waarin ge kunt zitten.
I would rather sit reading in the library than go home.
Ik zit liever in de bibliotheek te lezen dan dat ik naar huis ga.
Gentlemen, lift the toilet seat! Ladies also like to sit dry.
Heren, doe de bril omhoog! Dames zitten ook graag droog.
The one whose butt got burned has to sit on the blisters.
Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten.