Vertaling van smoked
I smoked
you smoked
he/she/it smoked
ik rookte
jij rookte
hij/zij/het rookte
» meer vervoegingen van roken
I smoked
you smoked
he/she/it smoked
ik rookte
jij rookte
hij/zij/het rookte
» meer vervoegingen van roken
I smoked
you smoked
he/she/it smoked
ik doorrookte
jij doorrookte
hij/zij/het doorrookte
» meer vervoegingen van doorroken
oproken
paffen
smoken
dampen
I smoked
you smoked
he/she/it smoked
ik rookte
jij rookte
hij/zij/het rookte
» meer vervoegingen van roken
I smoked
you smoked
he/she/it smoked
ik schoof
jij schoof
hij/zij/het schoof
» meer vervoegingen van schuiven
I smoked
you smoked
he/she/it smoked
ik doorrookte
jij doorrookte
hij/zij/het doorrookte
» meer vervoegingen van doorroken
Voorbeelden in zinsverband
Tom drank coffee while Mary smoked a cigarette.
Tom dronk koffie terwijl Mary een sigaret rookte.
The last time I smoked was well over a year ago.
De laatste keer dat ik heb gerookt was ruim een jaar geleden.
Herring, eel and mackerel are the most well-known types of fish that are smoked.
Haring, paling en makreel zijn de meest bekende vissoorten die worden gerookt.