Vertaling van startle
Inhoud:
Engels
Nederlands
to frighten, to alarm, to chill, to intimidate, to scare, to startle, to affright {ww.}
bang maken
vrees aanjagen
verschrikken
beangstigen
vrees aanjagen
verschrikken
beangstigen
If I wanted to scare you, I would tell you what I dreamt about a few weeks ago.
Als ik je wilde bang maken, zou ik je vertellen waar ik een paar weken geleden over gedroomd heb.
jump, start, startle {zn.}
sprong
saltatie
saltatie
He didn't jump high enough to win a prize.
Hij sprong niet hoog genoeg om een prijs te winnen.
to jump, to start, to startle {ww.}
opschrikken