Vertaling van stay
oponthoud
I stay
you stay
we stay
ik woon
jij woont
wij wonen
» meer vervoegingen van wonen
I stay
you stay
we stay
ik verwijl
jij verwijlt
wij verwijlen
» meer vervoegingen van verwijlen
I stay
you stay
we stay
ik logeer
jij logeert
wij logeren
» meer vervoegingen van logeren
I stay
you stay
we stay
ik logeer
jij logeert
wij logeren
» meer vervoegingen van logeren
I stay
you stay
we stay
ik stop
jij stopt
wij stoppen
» meer vervoegingen van stoppen
I stay
you stay
we stay
ik blijf
jij blijft
wij blijven
» meer vervoegingen van blijven
steundraad
scheerlijn
stag
muuranker
stut
Voorbeelden in zinsverband
Stay here!
Blijf hier!
Stay off the grass.
Loop niet op het gras.
Why did you stay?
Waarom ben je gebleven?
I will stay there.
Ik zal daar blijven.
Stay here with us.
Blijf hier bij ons.
He can't stay long.
Hij kan niet lang blijven.
Stay with us.
Blijf bij ons.
Stay out of the rain.
Blijf uit de regen.
How long did you stay?
Hoelang ben je gebleven?
I'll stay if it rains.
Als het regent, blijf ik.
Will you stay at home?
Zult ge thuis blijven?
Did he stay very long?
Is hij heel lang gebleven?
I'd rather stay at home.
Ik zou liever thuis blijven.
I'll stay here until ten.
Ik blijf hier tot tien uur.
I give you permission to stay.
Ik geef je toestemming om te blijven.