Vertaling van stem
Inhoud:
Engels
Nederlands
stem, tree-trunk, trunk, bole {zn.}
boomstam
stem {zn.}
steven
voorsteven
voorsteven
to dam up, to form an embankment, to embank, to stem {ww.}
afdammen
I stem
you stem
we stem
ik dam af
jij damt af
wij dammen af
» meer vervoegingen van afdammen
to come, to derive, to originate, to result, to accrue, to stem, to spring {ww.}
I stem
you stem
we stem
ik kom voort
jij komt voort
wij komen voort
» meer vervoegingen van voortkomen
to bar, to obstruct, to dam, to exclude, to block, to stem {ww.}
I stem
you stem
we stem
ik versper
jij verspert
wij versperren
» meer vervoegingen van versperren
I stem
you stem
we stem
ik rem
jij remt
wij remmen
» meer vervoegingen van remmen
to halt, to stop, to end, to hold, to obstruct, to stem, to stay, to stall, to arrest {ww.}
I stem
you stem
we stem
ik houd aan
jij houdt aan
wij houden aan
» meer vervoegingen van aanhouden
nozzle, jet, bow, fore, prow, stem {zn.}
mondstuk
sproeier
tuit
sproeier
tuit
The plank froze to the ground.
De plank vroor aan de grond vast.
The old man fell down on the ground.
De oude man viel op de grond.
He sat there smoking a pipe.
Hij zat daar een pijp te roken.
The plant has an underground stem.
De plant heeft een ondergrondse steel.