Vertaling van stifle

Inhoud:

Engels

Nederlands

to stifle {ww.}

stoven
smoren

to detain, to hold back, to retain, to reserve, to stifle, to withhold {ww.}

reserveren
weerhouden
terughouden
ophouden
detineren

Would you please reserve a room near the Toronto international Airport?

Wilt u alstublieft een kamer in de buurt van de internationale luchthaven in Toronto reserveren?

to choke, to quell, to suffocate, to suppress, to stifle {ww.}

verstikken
verkroppen
onderdrukken
smoren
neerslaan

to suppress, to inhibit, to oppress, to repress, to stifle, to squelch {ww.}

verkroppen
verdrukken
opkroppen
verdringen
onderdrukken

to dampen, to stifle {ww.}

dempen

knee, stifle {zn.}

knie
kniestuk

Tom has a sore knee.

Tom heeft een zere knie.

Won't you sit on my knee?

Wil je niet op mijn knie zitten?

to asphyxiate, to stifle, to suffocate {ww.}

verrekken

knee, stifle {zn.}

knietje [o] (het ~)