Vertaling van strange
vreemd
Voorbeelden in zinsverband
That's strange.
Dat is vreemd.
What a strange story!
Wat een raar verhaal!
How strange life is!
Wat is het leven raar!
It looks strange.
Het ziet er vreemd uit.
He has strange ideas.
Hij heeft vreemde ideeën.
Life is strange.
Het leven is vreemd.
That's a strange question.
Dat is een rare vraag.
His story sounds strange.
Zijn verhaal klinkt raar.
She dreamed a strange dream.
Ze had een vreemde droom.
Mayuko dreamt a strange dream.
Majoeko heeft vreemd gedroomd.
Mayuko had a strange dream.
Majoeko heeft vreemd gedroomd.
Mayuko dreamed a strange dream.
Majoeko heeft vreemd gedroomd.
It was a strange night.
Het was een rare nacht.
What she says sounds strange.
Wat ze zei klinkt raar.
Sometimes he can be a strange guy.
Soms kan hij een vreemde jongen zijn.