Vertaling van stroke
Inhoud:
Engels
Nederlands
stroke {zn.}
zwemslag
to stroke , to pet {ww.}
strelen
streak, stroke, dash {zn.}
streep
streek
schrap
schreef
haal
streek
schrap
schreef
haal
diagonal, separatrix, slash, solidus, stroke, virgule {zn.}
ophaal
Accident
Ongeluk
The accident happened the day before yesterday.
Het ongeluk is eergisteren gebeurd.