Vertaling van style

Inhoud:

Engels
Nederlands
style {zn.}
stijl
The author has a beautiful style.
De auteur heeft een mooie stijl.
style {zn.}
stijl
trant
fashion, mood, vogue, mode, style {zn.}
mode  [v]
wijs  [v]
modus [m]
His hairdo's out of style.
Zijn kapsel is uit de mode.
Miniskirts have gone out of fashion.
Minirokjes zijn uit de mode geraakt.
to title, to designate, to entitle, to give a title to, to style {ww.}
betitelen
tituleren
titelen
manner, mode, way, bearing, fashion, style {zn.}
manier
wijze 
trant
Do it this way.
Doe het op deze manier.
There's got to be a way.
Er moet een manier zijn.
tone, strain, style {zn.}
toon
intonatie [v]
degree, heading, title, caption, designation, style {zn.}
titel
kop  [m]
onderschrift
graad 


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

His hairdo's out of style.

Zijn kapsel is uit de mode.

The author has a beautiful style.

De auteur heeft een mooie stijl.


Gerelateerd aan style

fashion - mood - vogue - mode - title - designate - entitle - give a title to - manner - way - bearing - tone - strain - degree - heading