Vertaling van sunshine

Inhoud:

Engels
Nederlands
sun, sunshine {zn.}
zonneschijn 
zonneglans
cheer, cheerfulness, sunniness, sunshine {zn.}
jubelkreet
juichkreet [m] (de ~)
cheer, cheerfulness, sunniness, sunshine {zn.}
vrolijkheid [v] (de ~)
cheer, cheerfulness, sunniness, sunshine {zn.}
opgeruimdheid
blijmoedigheid
lichtheid
opgewektheid
sun, sunlight, sunshine {zn.}
zon [m] (de ~)
zonnetje
zonneschijn (de ~)
zonnelicht
daglicht [o] (het ~)
You are my sunshine.
Ge zijt mijn zonnetje.
The sun has nine planets.
De zon heeft negen planeten.


Gerelateerd aan sunshine

sun - cheer - cheerfulness - sunniness - sunlightscream - feeling - light