Vertaling van swell
Inhoud:
Engels
Nederlands
to swell, to swell into a roar {ww.}
aanzwellen
they swell
zij zwellen aan
» meer vervoegingen van aanzwellen
to swell, to become swollen {ww.}
opzwellen
zwellen
rijzen
uitdijen
opzetten
zwellen
rijzen
uitdijen
opzetten
I swell
you swell
we swell
ik zwel op
jij zwelt op
wij zwellen op
» meer vervoegingen van opzwellen
to swell {ww.}
aanzwellen
they swell
zij zwellen aan
» meer vervoegingen van aanzwellen
swell {zn.}
golfbeweging
golving
deining
golving
deining
swell, surge {zn.}
deining
to swell, to well {ww.}
opwellen
wellen
wellen
I swell
you swell
we swell
ik wel
jij welt
wij wellen
» meer vervoegingen van wellen
to swell {ww.}
zwellen
I swell
you swell
we swell
ik zwel
jij zwelt
wij zwellen
» meer vervoegingen van zwellen
to swell {ww.}
aanzwellen
they swell
zij zwellen aan
» meer vervoegingen van aanzwellen
to intumesce, to swell, to swell up, to tumefy, to tumesce {ww.}
gezwollen
opzetten
uitzetten
zwellen
uitdijen
opzwellen
opzetten
uitzetten
zwellen
uitdijen
opzwellen
I swell
you swell
we swell
ik zet op
jij zet op
wij zetten op
» meer vervoegingen van opzetten