Vertaling van talk about

Inhoud:

Engels
Nederlands
to converse, to talk, to chat {ww.}
converteren

I talk
you talk
we talk

ik converteer
jij converteert
wij converteren
» meer vervoegingen van converteren

to speak, to talk {ww.}
spreken
praten 

I talk
you talk
we talk

ik spreek
jij spreekt
wij spreken
» meer vervoegingen van spreken

to discourse, to discuss, to talk about {ww.}
bespreken
Shall we talk about it over cup of coffee?
Zullen we dit bespreken onder een kop koffie?
Let's discuss that problem later.
Laten we dat probleem later bespreken.
to discourse, to discuss, to talk about {ww.}
belichten
to babble, to babble out, to blab, to blab out, to let the cat out of the bag, to peach, to sing, to spill the beans, to talk, to tattle {ww.}
doorslaan

I talk
you talk
we talk

ik sla door
jij slaat door
wij slaan door
» meer vervoegingen van doorslaan

to speak, to talk {ww.}
spreken
praten
hebben
converseren

I talk
you talk
we talk

ik spreek
jij spreekt
wij spreken
» meer vervoegingen van spreken

Let's talk.
Laat ons praten.
Maybe we can talk.
Misschien kunnen we praten.
to speak, to talk {ww.}
spreken

I talk
you talk
we talk

ik spreek
jij spreekt
wij spreken
» meer vervoegingen van spreken

I can't talk.
Ik kan niet spreken.
He can speak Japanese.
Hij kan Japans spreken.
to babble, to babble out, to blab, to blab out, to let the cat out of the bag, to peach, to sing, to spill the beans, to talk, to tattle {ww.}
voorzingen

I talk
you talk
we talk

ik zing voor
jij zingt voor
wij zingen voor
» meer vervoegingen van voorzingen

to babble, to babble out, to blab, to blab out, to let the cat out of the bag, to peach, to sing, to spill the beans, to talk, to tattle {ww.}
uitzingen

I talk
you talk
we talk

ik zing uit
jij zingt uit
wij zingen uit
» meer vervoegingen van uitzingen

to mouth, to speak, to talk, to utter, to verbalise, to verbalize {ww.}
verbaliseren

I talk
you talk
we talk

ik verbaliseer
jij verbaliseert
wij verbaliseren
» meer vervoegingen van verbaliseren

to babble, to babble out, to blab, to blab out, to let the cat out of the bag, to peach, to sing, to spill the beans, to talk, to tattle {ww.}
bezingen

I talk
you talk
we talk

ik bezing
jij bezingt
wij bezingen
» meer vervoegingen van bezingen



Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

What did you talk about?

Waar hebben jullie over gesproken?

We'll talk about it later.

We zullen er later over praten.

Let's talk about it after school.

Laten we er na school over praten.

Tom doesn't want to talk about it.

Tom wil niet erover praten.

The Italians seldom talk about politics.

Italianen praten zelden over politiek.

She will never talk about it.

Ze zal daar nooit over spreken.

I can talk about anything with my best friend.

Ik kan over alles praten met mijn beste vriend.

Shall we talk about it over cup of coffee?

Zullen we dit bespreken onder een kop koffie?

First, let us talk about the experiments conducted in laboratories.

Laat het ons eerst hebben over de experimenten die uitgevoerd worden in laboratoria.

Tom doesn't really talk about his problems much.

Tom praat niet echt veel over zijn problemen.


Gerelateerd aan talk about

converse - talk - chat - speak - discourse - discuss - babble - babble out - blab - blab out - let the cat out of the bag - peach - sing - spill the beans - tattleaddress - dilate - concede - act - express - sing - alter - praise